Stolpersteine voor Rooseveltlaan 209:
Het verhaal van de familie
Kauffmann-Waldmann

Net als veel andere buurten in Amsterdam voor de Tweede Wereldoorlog telde de Rivierenbuurt veel Joodse bewoners. Een deel van hen is in Nederland geboren, een ander deel is  in de jaren ’30 vertrokken uit (Nazi-)Duitsland, waar het klimaat voor joden steeds meer verslechterde. Zij wilden een nieuw bestaan opbouwen en hoopten in Nederland veilig te zijn voor de steeds veelvuldiger voorkomende anti-joodse stemming en maatregelen, en de vervolging van  joodse burgers in Duitsland.

In de appartementen die deel uitmaakten van de “huizen Kemper” woonde een aantal joodse bewoners. Zo ook in de Rooseveltlaan (toen Zuider Amstellaan) 209 huis, I- en II-hoog. Op de namenlijst staan de namen van de omgekomen bewoners vermeld.  Ook op nummer 207-II woonde een joods gezin. Zij hebben de oorlog overleefd.

Het gezin Kauffmann woonde op Zuider Amstellaan 209- II en bestond uit Werner Kauffmann (geboren in 1899) en Hildegard Kauffmann-Waldmann (geboren in 1902). Zij hadden twee dochters: Inge (1931) en Hanna (1938), die de oorlog hebben overleefd dankzij het feit dat zij tijdig zijn ondergebracht op een onderduikadres. De vader van Werner, Salomon Kauffmann (1867) en de moeder van Hildegard, Elsbeth Waldmann-Elkan (1869) maakten ook deel uit van het gezin. Elsbeth Waldmann heeft bij het gezin ingewoond, Salomon Kauffmann verbleef regelmatig bij zijn zoon en diens gezin. Werner, Hildegard, Salomon en Elsbeth zijn in Auschwitz vermoord.

De Stolpersteine voor deze familie zijn op 3 oktober 2018 gelegd in aanwezigheid van familieleden. Op dit filmpje is een deel van de plechtigheid te zien: https://youtu.be/uSpzQPFk3jw.

Familie Kauffmann-Waldmann
Elsbeth Waldmann-Elkan, Werner Joachim Kauffmann, Salomon Kauffmann,
Hildegard Kauffmann-Waldmann. Dochters Inge en Hanna overleefden de oorlog.

Werner & Hildegard (Hilde) Kauffmann-Waldmann
Werner Kauffmann (Bonn, 1899) emigreerde in 1920 naar Nederland. Hij begon hier als handelsreiziger, en heeft later met zijn beste vriend en familielid, Walter Emanuel, een groothandel in lingerie en onderkleding overgenomen (Hartog-Cohen). In 1927 ontmoette hij in Berlijn in een hoedenwinkel zijn toekomstige vrouw, de verkoopster Hildegard Waldmann (Prenzlau, 1902). In 1928 zijn zij in Amsterdam getrouwd. Ze kregen twee dochters. 

Werner en Hildegard woonden eerst in de Noorder Amstellaan 89 (nu Churchilllaan). In 1933 verhuisden zij naar Zuider Amstellaan 209-II. In de zomer waren ze vaak in hun zomerhuis in Blaricum te vinden, dat zij deelden met Walter Emanuel en zijn gezin. Het jonge gezin was redelijk welvarend en leidde een aangenaam leven. Ze waren liberaal joods, maar vierden ook de christelijke feestdagen. Hilde zong in het vrouwenkoor van de liberale synagoge. Werner en Hilde waren sportief, vooral Hilde was dol op skiën. Daarnaast waren ze ook grote liefhebbers van cultuur en muziek. Ze bezochten concerten en theaters en maakten reisjes wanneer ze maar konden.

Salomon Kauffmann
De ouders van Werner, Salomon (Gennep, 1867) en Emmy Kauffmann-Sternberg zijn eind jaren ’30 onder invloed van het verslechterende klimaat voor Joodse burgers in Duitsland naar Nederland verhuisd. Hun dochter Lisel was al eerder geëmigreerd naar Chili. Salomon en Emmy hebben op een paar adressen in Amsterdam-Zuid gewoond. In januari 1940 verhuisden zij, kort voordat Emmy overleed, naar een kleinschalig Joods Bejaardenhuis in de Euterpestraat (nu Gerrit van der Veenstraat). Salomon verbleef na het overlijden van Emmy regelmatig bij zijn zoon en schoondochter. Wel bleef hij wonen in het bejaardenhuis, dat in november 1942 door de Duitsers werd ontruimd.
De bewoners van het bejaardenhuis kwamen op 8 november in Westerbork aan, werden op 10 november op transport gesteld naar Auschwitz en vonden daar op 13 november de dood. Salomon werd 75 jaar oud.

Elsbeth Waldmann-Elkan
De moeder van Hildegard Kauffmann, Elsbeth Waldmann-Elkan (Prenzlau, 1869) reisde naar Nederland na de dood van haar man Benno in 1935. Het was de bedoeling dat zij op termijn door zou reizen naar Chili, waar  twee van haar zoons naar toe waren geëmigreerd. Dat is, ondanks dat alles geregeld was, door gezondheidsproblemen niet gelukt. Begin 1940 kreeg ze op voorspraak van Werner een verblijfsvergunning voor Nederland. Zij heeft een tijd ingewoond bij Werner en Hildegard op het adres aan de Zuider Amstellaan. Zij zorgde daar samen met Hildegard voor de twee dochters. In april 1943 is Elsbeth opgepakt en naar Westerbork gedeporteerd. In september 1943 is zij in Auschwitz vermoord.

De periode 1940-1943
Na de Duitse inval in mei 1940 veranderde hun leven razendsnel. Werner moest al snel stoppen met zijn bedrijf, maar kon aan het werk bij Tehuis Oosteinde, een in 1937 opgerichte instantie voor de opvang van Joodse vluchtelingen uit Duitsland. Hij werd hoofd van de naaikamer en de afdeling uitrusting. Na het uitbreken van de oorlog was het tehuis onder auspiciën van de Joodsche Raad komen te staan, wat voor Werner betekende dat hij een voorlopige vrijstelling (Sperre) kreeg toen in juli 1942 de deportaties van start gingen. In Tehuis Oosteinde vonden ondertussen diverse illegale activiteiten plaats: jonge Duitse Joden, die haarfijn wisten wat ze van het nationaalsocialisme te verwachten hadden, vervalsten documenten en hielpen Joden ontsnappen uit de Hollandsche Schouwburg. Ook Werner en Hilde hielpen hun medemensen waar zij maar konden.
In april 1943 besloten ze hun dochters Inge en Hanna te laten onderduiken. Zo overleefden zij de oorlog. Na de oorlog zijn zij door Walter Emanuel, vriend en compagnon van Werner, naar Chili gebracht, waar zij zijn grootgebracht door de zus van Werner, Lisel.

Werner en Hilde zijn op 20 juni 1943 met één van de laatste grote razzia’s uit huis gehaald en naar Westerbork gevoerd, waar ze tijdelijk werden herenigd met Hildes moeder Elsbeth Waldmann-Elkan, die daar al sinds april was. Werner en Hilde bleven in Westerbork tot 7 september 1943: op die datum staan hun namen vermeld op de transportlijst naar Auschwitz. Direct na aankomst werden beiden in de gaskamers vermoord, 44 en 41 jaar oud. Een week eerder had Elsbeth hetzelfde lot getroffen, 74 jaar oud.

Bron: Sigal Hingali-Kaufmann, dochter van Hanna, kleindochter van Werner en Hilde Kauffmann. Diverse documenten uit archieven en verhalen. De andere bronnen die we raadpleegden voor het Herinneringsvenster, en voor de informatie op deze pagina's vindt u hier.